Vrijwilligerswerk toegestaan voor vreemdelingen

Vanaf 28 juni 2014 kunnen alle vreemdelingen met wettig verblijf vrijwilligerswerk doen. Ook iedereen die recht heeft op materiële opvang mag vrijwilligerswerk doen, behalve de gezinnen met minderjarige kinderen zonder wettig verblijf. Dat komt door een wijziging van de wet over de rechten van vrijwilligers.

De wet van 22 mei 2014 wijzigt de wet van 3 juli 2005 over de rechten van vrijwilligers. Daardoor valt het vrijwilligerswerk door vreemdelingen niet meer onder de arbeidskaartenreglementering. Zo komt er een einde aan de ongelukkige constructie dat enkel vreemdelingen die vrijgesteld zijn van arbeidskaart vrijwilligerswerk in ondergeschikt verband mochten doen.

Het vrijwilligerswerk moet voldoen aan de gewone voorwaarden van de wet van 3 juli 2005 over de rechten van vrijwilligers.

De nieuwe wet treedt in werking op 28 juni 2014. Een koninklijk besluit kan nog bijkomende regels bepalen.

Wie mag vrijwilligerswerk doen?

  • Elke vreemdeling met een “verblijf (dat) gedekt is door een verblijfstitel of verblijfsdocument toegekend krachtens de Verblijfswet van 15-12-1980 en de uitvoeringsbesluiten ervan”. Er is nog geen officiële lijst van documenten die in aanmerking komen voor vrijwilligerswerk. Maar volgens Kruispunt M-I komen bijvoorbeeld in aanmerking: alle elektronische verblijfskaarten, maar ook papieren documenten of proceduredocumenten zoals de bijlage 19 (aanvraag tot inschrijving voor Unieburgers), de bijlage 35 (procedure-document tijdens een procedure bij de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen), het attest van immatriculatie (procedure-document), de bijlage 3 (aankomstverklaring voor toeristen), …
  • Iedereen die recht heeft op materiële opvang volgens artikel 2, 2° van de Opvangwet van 12-01-2007, behalve de gezinnen met minderjarige kinderen zonder wettig verblijf die bedoeld worden in artikel 60 Opvangwet. Daaronder vallen asielzoekers in procedure, maar ook afgewezen asielzoekers met een verlengd recht op opvang om bijvoorbeeld medische redenen, zwangerschap, familiale eenheid,…

Wie mag nog steeds geen vrijwilligerswerk doen?

Voor vrijwilligerswerk in ondergeschikt verband is er nog steeds geen wettelijke basis voor:

  • Vreemdelingen zonder wettig verblijf die geen recht op materiële opvang hebben.
  • Gezinnen met minderjarige kinderen zonder wettig verblijf ondanks hun recht op materiële opvang (behalve afgewezen asielzoekers met een verlengd recht op opvang).

Voor vrijwilligerswerk "zonder ondergeschikt verband" is niemand uitgesloten.

Cumulatie met de dagvergoeding in de opvang

Een "begunstigde van de opvang" behoudt zijn dagvergoeding in de opvang wanneer hij vrijwilligerswerk doet, als hij op voorhand aan Fedasil meldt dat hij vrijwilligerswerk gaat doen. Die melding kan per mail aan de regioverantwoordelijke van Fedasil (zolang er geen uitvoeringsbesluit is dat de regels preciseert).

Fedasil kan het vrijwilligerswerk voor begunstigden van de opvang beperken of verbieden, of de cumulatie met de dagvergoeding beperken of verbieden, in een aantal gevallen:

  • Als de activiteit geen vrijwilligerswerk blijkt te zijn
  • Als de activiteit door haar aard, duur of frequentie geen activiteit is die gewoonlijk door vrijwilligers wordt uitgeoefend
  • Als de activiteit afbreuk doet aan de goede werking van de opvangstructuur
  • Als er elementen zijn die wijzen op misbruik

Deze extra bevoegdheden van Fedasil zullen nog worden verduidelijkt in een uitvoeringsbesluit.