Detentie, terugkeer en uitwijzing bij onwettig verblijf

Detentie, terugkeer en uitwijzing

Mensen zonder wettig verblijf kunnen een bevel om het grondgebied te verlaten hebben gekregen, of ze kunnen dat alsnog krijgen.

Bureau Sefor van de Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ) volgt samen met de gemeente en de politie de bevelen om het grondgebied te verlaten (BGV) op.

Het BGV kan tevens gepaard gaan met een inreisverbod waarbij voor een bepaalde termijn de toegang tot het grondgebied van alle EU-lidstaten (met uitzondering van Ierland), Zwitserland, Noorwegen, IJsland en Liechtenstein ontzegd wordt.

Er zijn twee manieren om het grondgebied vrijwillig te verlaten, ofwel via vrijwillig vertrek, ofwel via begeleide vrijwillige terugkeer.

Bij vrijwillig vertrek verlaat de vreemdelingen België op eigen initiatief, zonder ondersteuning of begeleiding. Indien er reeds een bevel om het grondgebied werd afgeleverd, is het aangeraden om de gemeente op de hoogte te brengen van het vrijwillig vertrek.

In het geval van begeleide vrijwillige terugkeer kan er ondersteuning en begeleiding geboden worden door bepaalde organisaties.

Voor mensen zonder wettig verblijf die het grondgebied moeten verlaten, kan de overheid overgaan tot een repatriëring en hen daarvoor in detentie houden.

De repatriëring op zich gebeurt met of zonder escorte, afhankelijk van het feit of er al dan niet verzet wordt gepleegd tegen het vertrek.